Wat in geval van hoog achtergrondgeluid?

Met achtergrondgeluid wordt bedoeld het geluid die niet afkomstig is van de turbine maar een naastliggende andere bron zoals een autosnelweg of luchthaven. In geval de exploitant een meetcampagne ter bepaling van het achtergrondgeluid uitvoert en het achtergrondgeluid hoger is dan de richtwaarde, geldt de hoogste waarde (vb. overdag is de richtwaarde 44 dB(A) en het achtergrond is dan 45 dB(A) -> dan geldt de (hogere) waarde van het achtergrondgeluid als norm voor die periode).
In geval dat het achtergrondgeluid maatgevend is, is in de regelgeving opgenomen dat de afstand van windturbines tot woningen driemaal de rotordiameter moet bedragen.

Hoe zit het met laagfrequent geluid?

Wat is laagfrequent geluid?

Of een geluid hoorbaar is, hangt af van de luisteraar zelf, van het geluidniveau en van de frequentie. Een hogere frequentie komt overeen met een hogere toon. Het normale gehoorgebied begint bij een frequentie van 20 hertz. Geluid bij lagere frequenties wordt infrasoon geluid genoemd en dat is alleen hoorbaar bij een zeer hoog geluidniveau. De bovengrens van het normale gehoorgebied is 20.000 hertz. Kinderen kunnen nog tot circa 20.000 hertz horen, ouderen tot ongeveer 10.000 hertz.

Waarover bestaat er twijfel?

Er zijn een aantal studies en onderwerpen die regelmatig worden betrokken in discussie over windturbines. Omwonenden zijn vaak ongerust over het laagfrequente deel van het geluid (het meest laagtonige deel) en het effect daarvan op hun gezondheid, en/of over het optreden van het windturbinesyndroom of vibro-akoestische ziekte. Echter, vanuit de verzameling aan wetenschappelijke literatuur kunnen deze effecten niet aangetoond worden.

Overzicht van onderzochte effecten en factoren

De literatuur laat op een aantal punten tegenstrijdige resultaten zien, vooral waar het gaat om het belang van laagfrequent geluid en infrageluid in relatie tot gezondheidsklachten. Er zijn geen onderzoeken bekend waarbij de gezondheidstoestand van mensen gevolgd werd gedurende langere tijd. Dergelijke lange termijn studies zijn geschikter om een oorzakelijk verband te vinden tussen verschillende factoren.

De bevindingen met betrekking tot het laagfrequente deel van windturbinegeluid spreken elkaar tegen. Omwonenden zijn bezorgd dat door een toename van de hoogte van windturbines meer laagfrequent geluid zal ontstaan. Op basis van metingen blijkt dit verschil echter gering. Daarnaast wordt de nadruk op het laagfrequente aandeel onterecht genoemd omdat het normaal geaccepteerde geluid van wegverkeer meer laagfrequent geluid bevat dan wat wettelijk istoegestaan bij windturbines.


Het is wel mogelijk dat het aandeel laagfrequent geluid tussen woningen verschilt doordat er in een woning wel of geen resonantie kan optreden en de demping door muren en ramen niet in alle woningen hetzelfde is. Vooral infrasoon geluid roept veel discussie op, ondanks dat infrasoon geluid van windturbines bij woningen niet waarneembaar is. In een recent groot Japans onderzoek werd aangetoond dat luisteraars geen verschil merkten als in geluidsopnames van windturbines het meest laagfrequente deel van het geluid werd weg gefilterd.

Hoe luid is een windturbine?

Windturbines maken geluid. De rotorbladen (wieken) die rond draaien zorgen voor dat geluid. Het geproduceerde geluid is te vergelijken met andere omgevingsgeluiden (fabrieken, autowegen, etc). Moderne, hogere windturbines maken niet per definitie meer geluid dan oudere, kleinere windturbines.
Onderzoek heeft geleerd dat er ook een subjectieve kant aan het geluid zit: wie zich stoort aan windturbines zal geluiden eerder horen.

 

De toegestane hoeveelheid geluid is ongeacht het aantal of de hoogte van de windturbines. Dus als er meerdere turbines in de buurt staan, mogen deze samen niet meer dan de wettelijke drempels voor een woning in de buurt produceren.
De praktijk leert dat die drempels overschreden wordt alleen bij de dichtstbijzijnde woningen, doorgaans op zo’n 400 meter afstand of zelfs dichterbij, wordt bereikt. 

 

De rotorbladen van windturbines veroorzaken het meeste geluid. De bladen hebben de afgelopen decennia grote ontwikkelingen doorgemaakt. Zo kan de stand van de bladen worden aangepast zodat deze meer of minder wind vangen (en meer of minder geluid maken). Maar ook het uiterlijk is aangepast. Aan de uiteinden zijn sinds enkele jaren zogeheten uilenveren gemonteerd. Die kleine driehoekige ‘tandjes’ verminderen het zoevende geluid dat rotorbladen maken bij hun omwentelingen.

 

 


Lees hier meer over de uilenverenstructuur.

 

Over de geluidsproductie -en de hoorbaarheid van geluid- zijn wettelijke normen vastgesteld. Die normen moeten onaanvaardbare geluidsdruk voor omwonenden voorkomen. De overheid gaat daarbij uit van een gemiddelde geluidsbelasting.

 

Gewestplan

Dag

Nacht

Woongebied

44

39

Agrarisch gebied

48

43

Woongebied <500m van industriegebied

48

43

Andere bestemmingen <500m van industriegebied

50

45

Bufferzones

55

50

Industriegebied

60

55

 

Om een idee te geven over wat deze geluidsniveaus precies betekenen, hieronder een aantal vergelijkingen: